"Klanten zijn eigenlijk bijna altijd tevreden en de werksfeer is vrolijk," vertelt de 18-jarige Rick van Waaij over zijn werk als woningstoffeerder. "Je maakt van niets… iets! Je begint in een lege ruimte die alleen nog maar gestukt of geverfd is. Daarna lever je het project op en zie je hoe blij de bewoners zijn om hun nieuwe huis in te trekken."
Bijklussen in het weekend
Rick houdt zoveel van zijn werk als woningstoffeerder, dat hij zelfs in zijn ‘vrije tijd’ nog bijklust voor vrienden en kennissen. Daarnaast werkt Rick namens twee bedrijven: Van Waay Interieurs en BAC Woning/Projectinrichting.
Stappenplan: zó leg je een vloer:
Hoe leg je eigenlijk een vloer? In deze video laat Rick zien hoe dat werkt. Rick werkt met allerlei vloermaterialen, van PVC en tapijt tot linoleum.
Een dag op pad met Rick:
- 06:30: “Opstaan en naar het werk. Ik smeer snel wat brood en springt op mijn scooter. Rond zeven uur start ik samen met mijn collega’s de dag met een kop koffie.”
- 07:30: – “Op weg naar de klus. Samen met één andere collega rijd ik in een afgeladen bus naar de klus van de dag. Meestal gaan we gezellig met z’n tweeën. Vandaag staat er tapijt leggen op het programma.”
- 08:00: “Bij de klant. We gaan vandaag een beige tapijt aanleggen op drie slaapkamers, plus de overloop. Dat lukt meestal in één dag.”
- 08:15: “Tijd om te beginnen met het leggen van het ondertapijt – de zachte laag die je onder het tapijt aanlegt. Dit is een secuur werkje en kost ongeveer anderhalf uur, afhankelijk van de grootte van de ruimte.”
- 09:30: “Tijd voor de eerste pauze. Meestal is het tussen negen en tien vaak even een moment voor een kop koffie en een snelle snack of boterham. Daarna gaan we weer verder met het leggen van het tapijt.”
- 10:00: “Na de pauze begint het échte werk: we pakken het tapijt uit de bus, rollen het uit, snijden het op maat en lijmen het vast. Klinkt makkelijk, maar we moeten goed opletten, want we mogen ook niet te veel ‘snijverlies’ maken. Bovendien moet het tapijt meteen worden vastgezet en netjes aangedrukt. Je kunt het niet een paar uur laten liggen voordat je het afwerkt. Het werk gaat soepel.”
- 12:00: “Lunchpauze. Rond het middaguur is het tijd voor een broodje. Ik overleg intussen met mijn collega over de vooruitgang, zodat we na de pauze weer direct door kunnen. De klus gaat sneller dan we dachten.”
- 12:30: “We lijmen het tapijt zorgvuldig vast werken een paar losse draadjes bij. Als we PVC zouden leggen, zou ik ook nog een droogtijd moeten inplannen, maar met het tapijt is dat vandaag niet nodig.”
- 15:00: “Pauze. Vaak krijgen we rond drie uur nog een bak koffie van de klant. We praten over de verbouwing van zijn droomhuis. Ik vind zo’n gesprek altijd leuk.”
- 15:15: “Tijd voor de laatste loodjes. Ik stofzuig de vloer en werkt de laatste details bij.”
- 16:30: “Einde van de werkdag. Ik maak nog een praatje met de klant. Die is hartstikke blij. Ik vraag hem of hij nog een review wil plaatsen op internet. Daarna pak ik mijn spullen in en is het tijd om te gaan.”
- 17:00: “Na een productieve dag ben ik weer terug bij de zaak. Tijd om spullen te droppen en naar huis te gaan.”